woensdag 27 januari 2010

Wat loopt hier voor draad?

Er zijn echt onwijs veel verschijningsvormen van wat wij zo simpel ‘schroefdraad’ noemen. Inmiddels zijn wij zo aan de genormeerde metrische schroefdraden gewend dat wij bijna zouden vergeten dat er nog meer normen voor schroefdraad zijn. En dat zijn lang niet altijd oude normen, veel ‘exotische’ schroefdraden worden nog gewoon toegepast. Daar hebben wij , als toeleverancier van gedraaide onderdelen, ervaring mee. Maar ook de zo vertrouwde metrische schroefdraad doet zich op verschillende manieren voor.

Even heel simpel: een schroefdraad kan wel of niet verzinkt zijn. Zink is hier even een voorbeeld, want naast zink komen er nog een groot aantal andere bedekkingslagen voor. Bedekkingslagen is een mooie term, want het geeft precies aan wat er gebeurt. Als een keurig op maat gesneden schroefdraad met een laag bedekt wordt nemen de diameters toe. Dat wil zeggen, bij een bout. Bij een moer worden de diameters kleiner. En een grotere bout past lastig in een kleiner (schroefdraad)gat. Nu lijkt het probleem niet heel groot, want een elektrolytische (zink)laag is maar vrij dun. Er is wel een addertje onder het gras: Als een laag bijvoorbeeld 10 micron dik is zal de laagdikte aan weerszijden van de schroefdraad gang neerslaan, en dat rondom de hele bout. Door het neerslaan op de schuine kant neemt de effectieve diametergroei sneller toe. Een laagdikte van 10 micron (0,01 mm) geeft dus, theoretisch een toename van de gemiddelde (‘flanken’) diameter van 25 micron. Dat is 0,025 mm. Dat lijkt nog niet de hele wereld, maar wel ¼ van de beschikbare tolerantie op de flankendiameter bij, bijvoorbeeld een M6. En dat is dan alleen maar de bout. In de moer gebeurt ook zoiets. En op de laagdikte zelf zit ook nog tolerantie. Het laat zich dus raden dat een goed passende bout en moer na verzinken niet altijd per definitie weer goed passen. Hier moet bij het draaien van schroefdraad onderdelen die één of andere deklaag krijgen goed rekening mee gehouden worden.

Gelukkig is het probleem niet zo simpel als het lijkt, want een laagdikte wordt door allerlei effecten bij een schroefdraad al vrij snel slecht voorspelbaar. De benodigde toleranties op de laagdikte kunnen dus, afhankelijk van het soort laag, flink toenemen. En daarmee het risico op een slecht passende schroefdraad ook .

Als een onderdeel tegen roest beschermd moet worden is een alternatief voor een deklaag roestvaststaal gebruiken. En schroefdraad maken in roestvaststaal heeft weer zijn eigen eigenaardigheden. In een volgende automatendraaiwerk blog kan ik daar weer op terugkomen.

Geen opmerkingen: